Preek van Passiezondag

We zijn nu de eerste Passiezondag. In de lezingen van de afgelopen weken werden de confrontaties tussen de Farizeeërs en de Heer steeds gewelddadiger. Vandaag is een Samaritaan de twistappel: bezeten door de duivel, is hij goed om gestenigd te worden.

We kennen het einde van deze geschiedenis, maar laat ons kijken naar wat de Mis ons vandaag zegt: “Heer, bevrijd mij van mijn vijanden! Heer, verdedig mijn zaak tegen een onheilig volk! Heer, ontruk mij aan de geweldenaar! Heer, ik ben aangevallen!”

Onze Lieve Heer is alleen. Jezus Christus is alleen. Hij staat er alleen voor in de tempel aan het einde van dit Evangelie, niemand zal Hem verdedigen. Ook zo in Kafarnaüm. In de Hof van Olijven vluchten ze om het eerst. Een van hen laat zelfs zijn kleren achter in de handen van een soldaat. En van de twaalf leerlingen zal er slechts één aanwezig zijn bij de dood van de Heiland. Niemand wil met hem zijn.

Het leven van een christen is een leven in eenzaamheid, zoveel is zeker. Maar over het algemeen is het de eenzaamheid van diegene die van hart tot hart bidt met Jezus, de eenzaamheid van de rust die ons omringt tijdens een retraite in een klooster, de eenzaamheid van de religieus in zijn gegeven leven.

Onze Lieve Heer heeft de eenzaamheid ondergaan van iemand die ten onrechte wordt beschuldigd en van wie zijn vrienden zeggen dat ze hem niet kennen wanneer hij er het meest nood aan heeft. De eenzaamheid van iemand die, omdat hij doet wat goed en rechtvaardig is, wordt beledigd, bespuwd en mishandeld tot de dood.

Deze eenzaamheid is dé manier om zo snel mogelijk de trap naar het Paradijs te beklimmen. God vraagt het ons allemaal in zekere mate, maar alleen de sterksten zullen grote beproevingen van deze soort hebben te doorstaan.

Verplaatsen wij ons nu in de menigte. Hoeveel hebben er Jezus niet beschuldigd, terwijl ze door Hem waren genezen? Hoeveel schreeuwden er niet "dood aan de godslasteraar" terwijl ze toch een gegronde twijfel hadden over de goedheid van zo’n daad? Dit is het kudde effect. Als wij gevangen zijn in de massa, gedragen wij ons het meest irrationeel. En het zijn niet de anderen, maar wijzelf die zich in die omstandigheden zo gedragen. Wij zijn het die Onze Lieve Heer alleen hebben gelaten.

En wat roept die menigte vandaag? Wat roepen de machtigen in de media, de overheden, de bedrijven? Hetzelfde: “God is dood, het is iets van het verleden, we hebben het afgeschaft”; of “de godsdienst is voorbij, het is een zaak van de pastoors, elk zijn mening, het is een privé-zaak.” En dát gebeurt wanneer wij ophouden te praten met een collega over ons geloof als er een andere nadert die niet gelooft. Als wij iemand zien die lijdt en we niet over God spreken omdat hij slecht zou kunnen reageren. Uiteindelijk verlaten we God door menselijk opzicht.

Wij moeten als christen handelen in het openbaar, privé, op het werk en op het openbaar vervoer. Overal en op elk moment. Dit betekent niet dat we een Bijbel en een catechismus moeten geven aan de eerste de beste die ons de weg vraagt op straat. Neen. Dit betekent dat we niet bang moeten zijn om ons geloof te tonen door onze taal, door ons gedrag, onze gesprekken.

Als we zo handelen, ieder op zijn plaats, is dit niet enkel een verdienste tegenover God, maar we geven een voorbeeld met een onoverzienbare draagwijdte.

Hoeveel timide christenen zijn er niet ​​in de wereld, voor wie één enkel goed voorbeeld zou volstaan om hen te bevestigen in hun Geloof? Hoeveel mensen die het evident vinden dat God niet bestaat, zouden er zich geen vragen beginnen stellen door zo’n moedige getuigenis? Hoeveel zouden er niet blij zijn om te zien dat anderen worden bevestigd in hun overtuigingen? God én onze medemensen hebben sterkte Christenen nodig die klaar staan om Onze Lieve Heer te vergezellen tot het einde, waarheen het ook gaat. Onvermoeibare zoekers naar God. Mannen en vrouwen van gebed met een Geloof dat overloopt, dat ze kunnen delen met mensen die er nood aan hebben.

Verenigen wij ons met Hem tijdens deze twee weken, zo hecht en zo doorzichtig dat men God kan zien door naar ons te kijken.

In de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Amen.

Kan. Fréderic de Martin ICRSS, zondag 2 april 2017, Basiliek van Dadizele.

Reacties