Preek voor de plechtigheid van het Allerheiligste Sacrament (zondag 6 juni 2021)

Het beroemdste van de eucharistische wonderen is ongetwijfeld dat van Lanciano, een klein stadje in Italië, op enkele kilometers van de Adriatische Zee. Dit wonder vond plaats in het begin van de 7de eeuw. Een verslag is aan ons overgeleverd:

"Een monnik, wijs in de dingen van de wereld maar minder in de dingen van het geloof, had het moeilijk met zijn beleving van de werkelijke aanwezigheid van Onze Heer Jezus Christus in de Eucharistie. Hij bad voortdurend om verlichting van zijn twijfels. Zijn martelaarschap was zeer pijnlijk en hij leed dagelijks onder de routine van zijn priesterschap. De Goddelijke genade heeft hem niet in de steek gelaten.

Tenslotte begon hij op een morgen, tijdens de viering van de mis, onderhevig aan een grote aanval van twijfel, de Consecratie voor de bewoners van een nabijgelegen dorp. Plotseling, na de Consecratie van het Brood en de Wijn, deed wat hij op het altaar zag zijn handen beven. Hij bleef even staan, met zijn rug naar de gelovigen toe, voor wat voor de parochianen een eeuwigheid leek, en keerde zich toen langzaam tot hen om en zei: "O gelukkige getuigen, aan wie de gezegende God, om mijn ongeloof te weerspreken, zich in dit gezegende Sacrament heeft willen openbaren en zich voor ons zichtbaar heeft willen maken. Kom en zie onze God zo dicht bij ons. Hier is het vlees en bloed van Jezus Christus, onze geliefde.

EPISTEL - 1 Cor. 11: 23-29
Broeders, ik zelf heb van de Heer ontvangen, wat ik u ook heb overgeleverd; dat de Heer Jezus in de nacht, dat Hij verraden werd, brood nam, een dankzegging sprak, het brak en zei: "Dit is mijn Lichaam, dat voor u wordt overgeleverd. Doet dit tot mijn gedachtenis." Zo ook na de maaltijd de kelk, zeggende: "Deze kelk is het nieuwe Verbond in mijn Bloed. Doet dit, zo dikwijls gij drinkt, tot mijn gedachtenis." Welnu, zo dikwijls gij dit brood eet en de kelk drinkt, verkondigt gij de dood des Heren, totdat Hij komt. Wie dus op onwaardige wijze het brood eet of de kelk des Heren drinkt, bezondigt zich aan het Lichaam en Bloed des Heren. Laat dus een ieder zichzelf onderzoeken, en dan eerst eten van het brood en drinken van de kelk. Want wie eet en drinkt, eet en drinkt zich een oordeel, zo hij het Lichaam niet naar waarde beoordeelt.

EVANGELIE - Joh. 6:55-58
In die tijd zei Jezus tot de menigte der Joden: Mijn vlees is waarlijk spijs, en mijn bloed is waarlijk drank. Wie mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, blijft in Mij en Ik in hem. Zoals de Vader die leeft, Mij heeft gezonden, en Ik leef door den Vader, zó zal ook hij, die Mij eet, leven door Mij. Dit is het brood, dat uit de hemel is neergedaald. Niet een brood als de vaders hebben gegeten en toch zijn gestorven; wie dit brood eet zal leven in eeuwigheid. 
Inderdaad, de Hostie werd in Vlees veranderd en de Wijn in Bloed! De gelovigen, die getuige waren van het wonder, begonnen te wenen, vroegen om vergeving en smeekten om genade. Sommigen sloegen zich op de borst, beleden hun zonden en verklaarden zich onwaardig om getuige te zijn van het wonder, terwijl anderen neerknielden uit eerbied en dankzegging voor het geschenk dat God hun had gegeven. Nog diezelfde dag verspreidde het gerucht van het wonder zich door het hele dorp als een vuur door een bos, en even snel door de naburige dorpen, zelfs tot aan de Heilige Stoel. "


Het wonderbaarlijke is dat dit wonder meer dan 1300 jaar later nog steeds zichtbaar is. En wat nog wonderlijker is, is dat het Vlees en Bloed, zonder enig conserveringsmiddel, vers en volkomen intact blijven.

In 1970, 1971 en 1981 werden wetenschappelijke analyses uitgevoerd. En de volgende conclusies werden getrokken:

1. Het bloed van het eucharistisch mirakel is echt bloed en het vlees is echt vlees.

2. Het vlees bestaat uit hartspierweefsel. De manier waarop dit stuk vlees werd verkregen door dissectie in het hartspierweefsel, veronderstelt een uitzonderlijke vaardigheid.

3. De bloedgroep is hetzelfde in het vlees en in de bloedcellen, AB. (Het is dus dezelfde bloedgroep als die van de lijkwade van Turijn).

4. Er zijn vijf klonters van ongelijke grootte, maar elk weegt precies evenveel als de vijf klonters samen.

5. In het vlees en bloed werden geen sporen van stoffen of conserveringsmiddelen aangetroffen. Dit maakt de bewaring van het vlees en bloed in het reliekschrijn gedurende dertien eeuwen, zonder bederf, tot een buitengewoon fenomeen, dat wetenschappelijk onverklaarbaar is.

Al deze analytische resultaten vormen een absolute schending van de wetten van de fysica.

Wij hadden zeker niet zo'n wonder nodig om te geloven in de woorden van Onze Heer Jezus Christus. Maar wat een genade, ondanks alles, dit wonder te hebben dat ons verheugd en ons geloof doet herleven! Hoe fijngevoelig van Onze Lieve Heer om de zwakheid van een arme priester te vergeven en rekening te houden met de broosheid van onze natuur. Wij zijn gelukkig met zo'n God, die ons een beloning belooft voor onze liefde, maar ook een remedie voor ons falen; die nooit ophoudt ons te bemoedigen, ons te dragen, ons te steunen; die voor ons is, achter ons, naast ons. Dank U, God, voor het kostbaarste geschenk van de Heilige Eucharistie, "levend brood, brood des levens, brood der engelen, voedsel der pelgrims en brood der kinderen" (Lauda Sion).

Lauda Sion

Loof, o Sion, uw Verlosser,
loof uw Leidsman en uw Herder
in gezang en liederen.

Loof Hem luid, naar best vermogen:
Hij gaat alle lof te boven,
loven kunt gij nooit genoeg.

Laten wij met name heden
zingen van het onvolprezen
levend brood, dat leven geeft.

Dat de Heer, zoals wij weten,
aan de twaalf heeft willen geven
bij het heilig avondmaal.

Vol en krachtig zij ons loflied,
waarin blij en schoon weerklinke
heel de jubel van ons hart.

Want wij vieren heden plechtig
dat de Heer dit heilig feestmaal
liefdevol heeft ingesteld.

Dit nieuw paasmaal, dat de Koning
van het nieuw Verbond bereid heeft,
sluit het oude Pasen af.

Zo doet nieuwheid oudheid wijken,
doet vervulling schaduw vluchten,
drijft het licht het duister uit.

Hetgeen Christus bij die maaltijd
deed, gebood Hij te herhalen
tot zijner gedachtenis.

Onderricht door deze lering,
heiligen wij brood en wijn
tot offer van ons eeuwig heil.

’t Is geloofspunt voor de christen:
hier wordt brood in ’t Vlees des Heren,
wijn veranderd in zijn Bloed.

Wat gij niet begrijpt of zien kunt,
wordt in diep geloof beleden,
buiten de orde der natuur.

Onder tweeërlei gedaanten,
die slechts tekens zijn, geen wezen,
schuilt verheven werkelijkheid.

Vlees is spijs en bloed is drank, maar
onder iedere gedaante
blijft de Christus ongedeeld.

Door wie eet, wordt Hij ontvangen
ongedeeld en ongebroken:
elk ontvangt Hem heel en al.

Of er één of duizend eten,
evenveel ontvangt eenieder:
Hij wordt daardoor niet verteerd.

Goeden eten, bozen eten:
maar hun lot is zeer verschillend:
leven of verdoemenis.

Dood den bozen, goeden ’t leven:
beiden nuttigen hetzelfde,
maar bemerk met welk verschil.

Wordt het Sacrament gebroken,
wil niet weifelen maar weten,
dat in elk deel zoveel schuilgaat
als er is in het geheel.

Breken kan men niet het wezen,
maar alleen het zichtbaar teken.
Ongeschonden blijft de staat en
de gestalte van de Heer.

Zie, het brood dat Engelen eten,
wordt de spijs van aardse pelgrims;
waarlijk, brood der kind’ren is het,
dat men niet voor honden werpt.

Voorbeduid werd het in beelden,
toen eens Isaak werd geofferd,
toen de Joden paasmaal vierden,
toen het manna voor hen viel.

Goede Herder, brood des levens,
Jezus, toon ons uw ontferming:
wil ons weiden, ons geleiden
naar de zalige aanschouwing
in het land der levenden. 

Gij, alwetend en almachtig,
hier de spijs van stervelingen,
maak ons daar tot disgenoten,
mede-erfgenamen, mede-
burgers van uw eeuwig rijk.

kanunnik Adrien Mesureur, zondag 6 juni 2021, Basiliek van Dadizele

Reacties